Dag17 van Mount Robson naar Jasper, Mount Edith Cavell en de Athabasca Falls

1 augustus 2012 - Jasper, Canada

 

Ons verblijf aan de voet van Mount Robson zit er ook alweer op. We gaan op weg naar onze voorlaatste tussenstop, Jasper. Na een lekker en rustig ontbijt en de gebruikelijke inpak-sores gaan we rond 10.30h op weg naar Jasper en rijden dezelfde weg als gisteren beschreven. Onderweg passeren we weer een tijdzone, in Jasper is het een uur later als in Mount Robson. Dat komt god uit want we kunnen pas om 16.00h inchecken in ‘Alpine Village’. Het weer is prima als we vertrekken maar naarmate we Jasper naderen wordt het slechter en alles gaat weer potdicht zitten. Nu schrikken we daar niet meer van, hier geldt letterlijk ‘na regen komt zonneschijn’ en meestal nog snel ook, dus we maken ons niet echt zorgen.

We tanken een paar heerlijke cappucino’s bij onze inmiddels huisleverancier Tim Hortons, kopen een aantal raspberry donuts voor onderweg en proberen de tijd te doden met een bezoekje aan Mount Edith Cavell. Deze berg wordt algemeen beschouwd als de mooiste van ‘Jasper National Park’, dat met zijn bijna 11.000km2 het grootste park in de Rockies is.

We nemen de “93A”, vroeger de hoofdroute van Lake Louise naar Jasper maar nu neemt vrijwel iedereen de “93”, de nieuwe (snel)weg. Wij niet, wij willen altijd iets anders en heerlijk weg van al die andere toeristen.

We komen aan de afslag naar ‘Mount Edith Cavell’ en slaan rechtsaf naar boven. Ondanks het natuurschoon dat ons in het vooruitzicht is gesteld, is het niet druk op de slingerende weg naar boven. Waarschijnlijk heeft dat te maken met het feit dat geen campers naar boven mogen vanwege de smalte van de weg en de scherpe haarspeldbochten. Het zal jullie niet verbazen dat ons dat niet deert en we zijn nog niet begonnen aan de klim of we zien alweer een zwarte beer. Deze is een nog wel heel jonkie, ik schat een jaar of twee, drie. Dit groentje geeft voor ons een show op die zijn weerga niet kent, eerst staat het favoriete menu op het programma, bessen en daarna begint groentje aan een schitterend gevecht met een rotte boomstam. Wat hij daarvan precies eet is ons niet duidelijk, termieten of zo, wel is duidelijk dat het lekker is. Als we zien hoe hij of zij tekeer gaat met de stam moeten we er niet aan denken dat een van ons ten prooi valt aan een beer, en deze is echt nog maar klein. We genieten zeker 10 minuten van het ‘optreden’ van de jonge zwarte beer, die zich van onze aanwezigheid helemaal niks lijkt aan te trekken. Uit veiligheidsoogpunt slaan wij dit wonderlijke tafereel toch maar vanuit de auto gade.

De tocht naar boven gaat verder, helaas blijft de lucht potdicht en zijn de bergtoppen in nevelen gehuld. Ik parkeer de auto op de parkeerplaats waar een wandeling van een uurtje begint naar de voet van de berg en een schitterende gletsjer met de toepasselijke naam ‘Angel Glacier’, de gletsjer van de engelen en al van ver blijkt dat de kleurenpracht van deze ijsmassa ongelooflijk is. Astrid en Svenja blijven in de buurt van de auto, want de eerste kilometer van de wandeling zijn wel heel steil. Zover als ik kan kijken is er slechts gletsjerpuin te zien waartussen zich heel voorzichtig nieuw flora-leven aan het ontwikkelen is. Informatieborden langs de route vertellen het waarom. Tot in de jaren ’50 van de vorige eeuw was dit hele dal nog gletsjer en toen het ijs zich geleidelijk terugtrok (door de opwarming) bleef het door het ijs meegevoerde puin achter, een unieke habitat achterlatend.

Het is verrekte koud hierboven, de start bij de parkeerplaats is al op bijna 1800m en bovendien is het sowieso koud en nat. Het is zoals gezegd een steile klim en ik moet regelmatig even rusten om op adem te komen. De ‘Angel gletsjer’ wordt mooier en mooier. Boven op het pad aangekomen krijg ik een overzicht van de voet van de berg, een klein meertje met mini-ijsbergen (!!). en het stroompje dat vanuit het kleine meertje hierboven de voedingsstroom vormt voor het lagergelegen ‘Lake Cavell’.

Ik loop omlaag naar het meertje, bewonder de ijsklompen die vanuit de hoogte vanaf de gletsjer omlaag gedonderd zijn (dat moet een imposant en geweldig schouwspel zijn, maar laat dat maar plaatsvinden als ik wat verder uit de buurt ben ..). De terugweg van de wandeling is langs het al eerder genoemde stroompje en nu loop ik eigenlijk over de bodem van het dal. Als het weer toch eens beter was … Niet getreurd, ook zo is dit schitterend. Na iets meer dan een uur keer ik terug bij de auto. Gelukkig besteden alle meeste reisgidsen meer aandacht aan de toeristische ‘gedrochten’ (daarover later meer) waardoor deze echte parels van de Rockies van alle hoempa en alle meekomende ellende gespaard blijven.

We rijden terug omlaag en stoppen bij ‘Lake Cavell’ dat zijn water krijgt van de gletsjer waar ik zojuist was. Zoals de meeste gletsjermeren heeft ook dit meer een schitterende smaragdgroene kleur. Ik maak nog even wat foto’s en zie de dames een noodsprong maken en wegvluchten, er is een slang voor hun voeten weggeflitst.

Beneden gekomen besluiten we nog een ommetje te maken naar de ‘Athabasca Falls’ die redelijk in de buurt liggen. Weer gaat het over de “93A” en weer hebben we geluk, er is weer een zwarte beer aan het diner langs de kant van de weg. Dit exemplaar is waarschijnlijk nog jonger dan de eerste vandaag, in ieder geval is hij (of zij) nog kleiner. Dat maakt de pret er bij ons zeker niet minder om. Dit is al de 8e beer die we zien op onze trip !!

Goedgezind gaan we op weg naar de waterval. Daar aangekomen slaat de vreugde al snel om in teleurstelling. Dit is een attractie tot de macht 4. Dat betekent busladingen Chinezen, Jappen, Indiërs e.d. die hier gewoon worden gedumpt en het laat zich raden wat zich hier afspeelt. Toch nemen we maar snel een kijkje want mooi is het uiteraard wel. Deze waterval stort zich zo’n 23m in de diepte met een donderend geweld en stroomt door een korte, niet al te diepe canyon en stroomt vervolgens weer als een ‘normale rivier’ verder; nou ja normaal is hier met stroomsnelheden die de ons bekende riviertjes in Limburg ver overstijgt.

Het is inmiddels al laat in de middag en we keren terug naar Jasper over de “93”, de snelweg dus. Even voor Jasper is er weer commotie langs de weg, er is weer wat te zien getuige de vele auto’s die er stilstaan. We stoppen ook en zien beneden ons in de bosjes een werkelijk schitterende grizzly. Met de zoomlens zien en schieten we werkelijk schitterende beelden van deze kolos. Gelukkig is deze wat verder weg want met deze jongen wil niemand ruzie krijgen. Beer nummer 9 al; de stand is 7-2 voor de zwarte beren tegen de grizzlies. Dit is niet zo verwonderlijk want de kleinere zijn zo’n honderdmaal vaker vertegenwoordigd dan zijn grotere bruine soortgenoot.

We gaan maar eens inchecken bij ‘Alpine Village’ en wauw wat is dit mooi, een cabin geheel gebouwd volgens de traditionele Canadese Rocky-stijl, helemaal van hout, nou ja de vloer en de open haard en schoorsteen zijn van leisteen. Dit ‘vakantiehuisje’ zouden we meteen willen ruilen met ons nieuwe optrekje in Wijlre, schitterend gewoon.

Nadat we alles eens bewonderend bekeken hebben moeten we nog wat boodschappen als we nog iets willen eten vandaag. We gaan maar weer voor de barbecue want het vlees is hier in Canada echt geweldig. Nog helemaal ‘thrilled’  van deze schitterende dag en het lekkere eten worden er een paar (net zo) lekkere Canadese biertjes meer gedronken dan normaal waardoor ik in ieder geval nog lekkerder slaap dan normaal … 

Foto’s

1 Reactie

  1. Door en Jan:
    2 augustus 2012
    Prachtig die beren.(en de rest )
    Gaan jullie nog naar "The Helmet"???